Casanova's, Koningen en Casino's

“Ze gokten in de Hof van Eden, en dat zullen ze weer doen als er weer een Hof komt,” zei Richard Albert Canfield een eeuw geleden. Het blijkt dat de resort-casino ontwikkelaar en zogenaamde Prins der Gokkers niet zo overdreef.

Kansspelen worden al minstens 4000 jaar gespeeld, sinds de dagen van de oude Chinese, Griekse, Romeinse en andere beschavingen. De Grote Piramide van Cheops bevat zelfs een tablet dat vertelt hoe Thoth, de god van de nacht, gokte met de maan om vijf extra dagen te winnen voor de Egyptische kalender van 360 dagen. De zeszijdige dobbelsteen was bekend in Mesopotamië, terwijl de harem van een Chinese keizer verantwoordelijk wordt gehouden voor de uitvinding van speelkaarten, tijdens de Middeleeuwen.

Permanente gokgelegenheden dateren echter pas uit de 17e eeuw in Venetië, met de opening van Il Ridotto, erkend als ‘s werelds eerste door de staat goedgekeurde casino. (Het woord casino, dat kleine villa of landhuis betekent, is ook Italiaans.) Il Ridotto werd bezocht door Giacomo Casanova, de beruchte Venetiaanse minnaar, als locatie voor zijn geflirt, gegok en af en toe duels, als hij dacht dat hij was bedrogen. “Ik hield van uitgeven,” schreef hij. “En mijn hart bloedde als ik het niet kon doen met geld gewonnen met kaarten.”

Kaarten tellen

Toen, net als nu, zochten gokkers naar een “systeem” om het huis te verslaan en riepen de hulp in van vooraanstaande wiskundigen zoals Galileo Galilei, Blaise Pascal en Pierre de Fermat, de uitvinder van de calculus. In alle lagen van de maatschappij groeide de vraag naar mogelijkheden om de kansen te testen en gokken werd alom in de mode. Hendrik VIII genoot van driekaartspel, een voorloper van poker, terwijl in Frankrijk keizer Napoleon vingt-et-un populariseerde, of wat wij kennen als blackjack. Tegen het einde van de 18e eeuw had Monte Carlo zijn reputatie gevestigd als het belangrijkste centrum voor casinogokken in Europa.

Casino’s verspreiden zich wereldwijd

Casinospellen kregen bekendheid toen ze van Europa naar de saloons en gokhallen van Amerika migreerden. Het Wilde Westen deed zijn naam eer aan met professionele gokkers die lynchpartijen riskeerden als ze betrapt werden op valsspelen, terwijl schietpartijen bij kaartspelen niet ongewoon waren. In de 19e eeuw werden verschillende anti-gokwetten ingevoerd, totdat in 1931 gokken in Nevada werd gelegaliseerd. Als gevolg daarvan bloeide Las Vegas op als een kleurrijke gokplaats en opende de weg voor casino’s in andere Amerikaanse staten.

Tegenwoordig zijn casino’s legaal in vele landen, van Spanje en de Filippijnen tot Australië en zelfs China. Hoewel gokken verboden was na de communistische revolutie van 1948, maakte Beijing een uitzondering in 1997, toen het de voormalige Portugese kolonie Macau overnam. Macau is aangewezen als de gokhoofdstad van de wereld en de casino-inkomsten hebben sinds 2007 de Las Vegas Strip ingehaald.

Doe mee met de pret

Aruba, dat vaak het Las Vegas van de Caraïben wordt genoemd, heeft zijn eigen speciale plaats in de gokwereld. Het eiland is de thuisbasis van Caribbean stud poker en organiseert een reeks internationale pokertoernooien. Casino’s van wereldklasse geven het nachtleven van het eiland een tropisch tintje en bieden bezoekers een vriendelijke, ontspannen sfeer na een dag van zee en zon. Of het nu gaat om de glitter van de gokkasten, het rollen van de dobbelstenen of het draaien van het roulettewiel, zowel ervaren gokkers als gelegenheidsspelers zijn verzekerd van een spannende tijd.

Casanova’s, Koningen en Casino’s geschreven door Richard Andrews